De Jodenbuurt
De olijfbomen
Over de peer
Nog een naam verklaard
Stad in Colombia
Krakatau
Eiland
toespraak als 'jongere'
Auschwitz Comité
Hygiëne van de vrouw
Engelien Reitsma-Valença
Archeologen hebben op tal van plaatsen perenpitjes gevonden die dateren uit de prehistorie. De peer is de vrucht van de perenboom. Die is oorspronkelijk afkomstig uit Klein-Azië en behoort tot de rozenfamilie of de Rosaceae. In Klein-Azië groeide hij in het wild. Dankzij de trekvogels, die hun uitwerpselen zo'n beetje overal achterlieten, is de perenboom in Europa terechtgekomen.
De eerste perenboomgaarden zouden ruim 4000 jaar v.Chr. in China zijn aangeplant. Als we Homerus mogen geloven, waren de Grieken verzot op peren. Hij noemde de vrucht "geschenk van de goden". De Romeinen aten ze op allerlei manieren : rauw, gekookt of in de zon gedroogd. Ze maakten er ook een gegiste drank van.
Toen de Romeinen hadden geleerd om de perenbomen te snoeien en te enten, kwam de perenteelt in volle bloei. Zo creëerden ze tal van variëteiten : op het einde van het Romeinse rijk, in 476 n.Chr., bestonden er zestig verschillende soorten, die de Romeinen ook in de veroverde gebieden introduceerden.
Maar als we mogen afgaan op de namen die de peren kregen, waren ze wellicht niet bijster lekker : zo hadden ze in de Middeleeuwen de "Caillou rosat" (rozensteen) en de "Poire de l'angoisse" (peer van de angst).
In de 16de eeuw bestonden er zestien perenrassen, zoals blijkt uit de inventaris van Charles Estienne uit 1530. Later liet Lodewijk XIV, die een grote perenliefhebber was, perenbomen telen in zijn beroemde moestuin onder leiding van Jean de la Quintinie. Maar de peer werd pas in de 18de eeuw een lekkernij dankzij de inspanningen van de Belgische monnik Nicolas Hardenpont.
Lodewijk XV, Lodewijk XVI en Karel X kregen ter gelegenheid van hun kroning in Reims een coupe met champagne en een peer aangeboden.
Tot de 16de eeuw werden er bij feestmalen voor de kaas peren geserveerd om de mond te verfrissen. Vandaar de Franse uitdrukking "entre la poire et le fromage", wat zoveel betekent als : tegen het einde van de maaltijd.
Voor gebruik in gebak of in de keuken moet je ze overgieten met citroensap zodra ze gesneden zijn, omdat ze snel oxideren.
De peer is in de eerste plaats een dessertvrucht : volgens de etiquette moet hij geschild worden met een dessertmes en –vork. In feite lijkt dat maar logisch : als een peer sappig is, loopt het sap je over de vingers. Die vork is dus best handig.
Peren zijn multifunctioneel : je kunt ze verwerken in charlotte-russe, krans van koud of geglaceerd fruit, deeg en taart of er compote, ijs, mousse of soufflé van maken.
Grote klassieker : peren met wijn. Maak ze schoon en kook ze in hun geheel. Wees niet zuinig met de kruiden : vanille, kaneel en andere.
Peren zijn ook lekker in zoute gerechten : ze passen goed bij gevogelte en wild. Ze zijn ook lekker als voorgerecht, in een salade en bij gerookte ham.
Je kunt ook gedroogde peer of ingeblikte peren op stroop vinden.
De beroemde en heerlijke perenbrandewijn, de "Williamine", wordt bij voorkeur geschonken in gekoelde glazen.
Uit: Peren met gezondheid